maandag 12 oktober 2015

Een jaar geleden


c0aa87b751fca58e1a52ebaa738b1229.jpg

12 oktober 2014


Hoe laat het precies is weet ik niet. Ik weet alleen dat het veel te vroeg is om al uit bed te zijn op mijn vrije zondagochtend. En ik ben niet uit bed omdat ik niet moe meer ben. Ik ben uit bed omdat ik niet meer weet hoe ik liggen moet. Ik ben uit bed omdat ik nog nooit in mijn leven zo'n erge griep heb gehad als deze. Ik zit op de grond op handen en knieĆ«n en ik probeer het schreeuwen wat ik zo graag wil doen in me te houden. Het enige wat ik er zachtjes uit pers is dat ik de dokterspost maar even moet bellen, want ik ben toch wel tot de conclusie gekomen dat dit geen normale griep is. Mijn man schiet overeind in bed, alsof het woord dokterspost het codewoord is om direct paraat te staan. Hij belt meteen en ik mag gelijk komen. Ik geloof niet dat ik ooit in mijn leven zo bang ben geweest om naar de dokter te gaan. 

Eenmaal aangekomen bij de dokterspost in het ziekenhuis wordt ik meteen onderzocht en wordt de dienstdoend gyneacoloog opgebeld. Na haar onderzoek is het al snel duidelijk: beide eierstokken zijn flink ontstoken en ik moet direct aan een infuus, wat dus inhoud dat ik in het ziekenhuis moet blijven. De gyneacoloog brengt me naar de afdeling en natuurlijk gaan we met de enige lift waar een spiegel in hangt. Ik kijk naar mezelf, wat ik misschien beter niet had kunnen doen. Mijn ongewassen asblond geverfde haar piekt alle kanten op, mijn gezicht is kaal zonder make up, mijn huid is rood en mijn ogen zijn klein en nat. O mijn God, wat zie ik eruit, ik denk dat ik er nog nooit zo onaantrekkelijk uit heb gezien als op dit moment. Eigenlijk zouden ze een noodpakket in het ziekenhuis klaar moeten hebben staan. 'O mevrouw, geen tijd gehad om te douchen? Hier wat droogshampoo en mascara!'. Ik besluit er maar een grapje van te maken en zeg tegen mijn man dat als hij me nu nog knap vind, het wel goed zit. 

Ik loop de lift uit de afdeling op en de kamer in, een kleine kamer met twee lege bedden. Ik mag het bed bij het raam, dat uitzicht heeft op de waddenzee. Niet dat ik hiervan op dit moment kan genieten, ik stort me op het bed en probeer me over te geven aan de vermoeidheid en pijn. Ik lig opgekruld voor me uit te staren. In mijn ooghoek zie ik mijn man naar me kijken en zie aan de treurige blik in zijn anders zo blije ogen hoe erg hij zich zorgen maakt. Ik zeg tegen hem dat alles goed komt, maar ik zie dat hij niet overtuigd is en zelf geloof ik er eigenlijk ook weinig van. Ondertussen komen de zusters een infuus aanleggen en 'hiep hiep hoera' jassen ze er nog even lekker een katheter door.

Al snel komen mijn ouders en broertje en schoonzusje op visite. Ik heb het hoogste woord tijdens de visite, wat ben ik blij dat ze er zijn.

Als iedereen weg is komt de klap pas echt. Hier lig ik dan, eerst blij dat ik een kamer voor mezelf alleen heb, maar nu voel ik me zo ontzettend eenzaam, dat het nog bijna pijnlijker is dan de fysieke pijn.
De lichten gaan uit, de deuren gaan dicht en hier lig ik dan, helemaal alleen.......

1 opmerking:

  1. Hoi Patty, ik ken jullie verhaal. Heel goed om alles eens even van je af te schrijven, voor jezelf maar ook voor de vele anderen met hetzelfde probleem. Ik blijf je blog volgen. Liefs Jolanda

    BeantwoordenVerwijderen